Gerard Dummer

Alles over Onderwijs en ICT.

Browsing Posts in Geen categorie

Gedurende de maand februari staat WikiKids in het teken van Wikiproject:Turkije. Tijdens dit project zullen verschillende onderwerpen over Turkije beter worden beschreven. Initiatiefnemer Mike1023 legt uit meer uit over dit project.

Waarom Turkije?
Turkije is een vrij bijzonder land. De grens tussen Europa en Azië loopt letterlijk dwars door het land heen. De Turkse cultuur is beïnvloedt door beide continenten en daardoor ook erg uniek. Iedereen kan wel iets typisch Turks opnoemen. Daarnaast hebben Nederland en België ook een band met Turkije. Turkse Nederlanders en Vlamingen vormen in beide landen een van de grootste bevolkingsgroepen! Daarnaast is Turkije ook een geliefd vakantieland en staat al jaren in de top 10 vakantiebestemmingen. Ook is Turkije bijna wekelijks in het nieuws.

Ondanks de grote bekendheid van het land, is het land op WikiKids slecht beschreven. Een themamaand brengt daar hopelijk verandering in!

Op welke onderwerpen richt het project zich?
Het project richt zich op Turkije en alles wat daarmee te maken heeft. Hierdoor zijn de onderwerpen vrij divers. Eigenlijk is alle informatie welkom; van bezienswaardigheden en steden tot geschiedenis en cultuur. Er is speciaal voor dit project een lijstje gemaakt met de belangrijkste onderwerpen; zoals de hoofdstad Ankara of het gebied Anatolië. Dit zijn de onderwerpen die sowieso een mooi artikel verdienen, maar gebruikers mogen natuurlijk ook een eigen onderwerp kiezen. Een mooi artikel over een stad die je tijdens een vakantie of familiebezoek hebt bezocht is dan ook zeker welkom!

En de Turkse politiek?
De Turkse politiek kun je eigenlijk niet weglaten bij zo’n project. Naast dat het vaak in het nieuws is, speelt het ook een grote rol in de Turkse gemeenschap vandaag de dag. Kinderen zullen zeker hierover over vragen hebben. Wie is Erdogan? Wie is Güllen? Deze artikelen moeten daarom ook zo neutraal mogelijk beschreven worden en daar gaat ook zeker zorg naar uit.

Toch richt het project zich vooral meer tot de belevingswereld van kinderen. Zo spelen de geografie, geschiedenis en cultuur een grotere rol dan de politiek. Ze zullen immers eerder hun spreekbeurt of werkstuk hierover houden.

Waar bestaat het project uit?
Naast het schrijven van artikelen, zul je op onze Instagram- en Twitterpagina’s vaak iets zien over nieuwe of uitgebreide artikelen over Turkije. Op Instagram hebben we ook een hoogtepunt aangemaakt, speciaal voor dit project! Ook proberen we de artikelen te koppelen aan een vraag, waarop men het antwoord in het artikel kan vinden.

Na het einde van het project hopen we ook een Portaal:Turkije op te richten. Een portaal is een versierde pagina met allemaal linkjes naar artikelen, afbeeldingen en weetjes over een bepaald onderwerp. Op deze manier hopen we ook in de toekomst kinderen meer inzicht te geven over Turkije en wat voor een land het is.

Zullen er vaker dit soort projecten plaatsvinden?
Zeker! We merken dat gebruikers de projecten erg leuk en leerzaam vinden. Daarnaast levert het mooie artikelen op. In het verleden hebben al mooie projecten gehouden over onder meer Oostenrijk, de Krim, Griekenland en de deelstaat Beieren. Deze keer pakken we het alleen iets groter aan, om nieuwe lezers en gebruikers ook kennis te laten maken met WikiKids.

We hopen ongeveer eens in het jaar een land een maand lang uit te lichten. We willen dit vooral doen met bekende landen, waarmee veel Nederlanders en Vlamingen ook banden hebben. Bij het kiezen van het thema kwam ook het land Marokko naar boven, maar ook landen zoals Suriname, Kongo of Indonesië zouden goede kandidaten kunnen zijn. Maar voor dit project houden we het toch erg bij Turkije.

Zie link: https://wikikids.nl/Wikikids:Wikiproject/Turkije

Op 6 februari is er weer een W&T-academie in Utrecht! Je kunt je hier nog voor aanmelden! Meld je aan via de website!Ik ga er ook een workshop verzorgen over het programmeren van apparaten voor de bovenbouw van het basisonderwijs!

Schermafbeelding 2019-01-28 om 10.48.57

Deze week was ik op de BETT in Londen. Het was al weer een aantal jaar geleden dat ik hier was. Deze keer was ik niet met een groep maar in mijn eentje gegaan. Mijn aandacht ging dit keer vooral uit naar materialen die geschikt zouden kunnen zijn om te gebruiken in het kader van mijn promotietraject (het programmeren van apparaten). Er is veel materiaal te vinden dat hier misschien voor in aanmerking komt. Ik twitterde hier al over. Ik maakte daarbij al een indeling van verschillende soorten materialen. Die indeling is niet helemaal uit de lucht komen vallen. Ik ben hierbij getriggerd door Blikstein (2015) die materialen, die gebruikt worden bij physical computing, indeelt op drie niveaus van abstractie:

  1. Op niveau 1, het niveau waarbij het meest zichtbaar is gemaakt, heb je inzicht in de elektronisch ontwerp de manier waarop de printplaats is gemaakt, het solderen en het programmeren in low level talen zoals C++.
  2. Op niveau 2, is de elektronica, zoals breadboards, weerstanden en losse kabeltjes, zichtbaar en wordt gebruik gemaakt van Mid-level programmeertaal.
  3. Op niveau 3, wordt alleen gekeken naar de sensoren en actuatoren en wordt geprogrammeerd in een high level programmeertaal (zoals Scratch).

Schermafbeelding 2019-01-25 om 11.23.27

Zijn indeling geeft een framework voor ontwikkelaars van materialen van physical computing. Dit framework kwam tot stand door zijn studie naar de verschillende generaties van materialen die op dit gebied zijn langsgekomen. Heel in het kort hierover (want ik wilde niet het artikel hier gaan bespreken):

  1. Generatie 1: Pioneers of physical computing (LEGO/Logo, Braitenberg Bricks, and Programmable Bricks)
  2. The second generation: Conquering the World (Crickets, Programmable Bricks, and BASIC Stamp)
  3. The Third Generation: Broadening Participation and Accessing New Knowledge Domains (GoGo Board, Phidgets, Wiring, and Arduino)
  4. The Fourth Generation: New form factors, new architec tures, and new industrial design (Pico Cricket, Lilypad, Topobo, Cubelets, LittleBits)
  5. The Fifth Generation: Single board computers (Raspberry Pi, PCDuino, Beagle Board)

Bij elke generatie hebben de makers andere doelen voor ogen die ze met hun materialen willen bereiken. Zo hebben de makers van de eerste generatie het volgende voor ogen:

In the best tradition of constructivism and developmental psychology, these schol- ars were not interested in turning children into engineering prodigies or in increasing enrollment in engineering schools, or even in preparing students for careers in STEM. Rather, they were interested in seeing how these new tools would change how all children expressed their ideas [Granott, 1991], and not only the more technically inclined.

Als je kijkt naar de materialen die ik dit jaar op de BETT tegenkwam dan vallen die te koppelen aan een van deze abstratielagen en generaties (met verschillende doelen). Daarbij zie je ook veel klonen van al bestaande materialen. En soms ook handige oplossingen die de overgang van de ene laag van abstractie naar de andere laag van abstractie mogelijk maken.

Ik zou hierbij trouwens nog een laag 4 en 5 bij kunnen bedenken. In laag 4 komen de complete robots te staan. Het enige waar de leerlingen zich op moeten focussen is het programmeren van de apparaten. De BeeBot is hiervan een voorbeeld. In laag 5 plaats ik dan de unplugged lessen. Programmeren zonder computer of apparaten. Ook deze lagen hebben hun eigen doel. In laag 4 leren kinderen op een laagdrempelige manier kennis maken met programmeren. In laag 5 laat je kinderen kennis maken met de principes van programmeren.

Deze schattige maar dure robots zijn klonen van de BeeBot en vallen dus in laag 4.


Ook de Matatalab is hiervan een voorbeeld (die is afgekeken van de Cubetto):

Mijn naam is Gerard Dummer, opleidingsdocent aan de Pabo van Hogeschool Utrecht en promovendus bij de Universiteit Utrecht. In het kader van mijn promotieonderzoek Programmeren in de bovenbouw van het basisonderwijs ben ik op zoek naar leerkrachten van groep 5 en 8 die samen met mij een lessenserie programmeren binnen het vakgebied Natuur en Techniek willen ontwikkelen en uitvoeren.

Doel onderzoek
Doel van mijn onderzoek is om onderwijs te ontwikkelen waarin leerlingen inzicht krijgen in de technisch geprogrammeerde wereld om hen heen. Daarmee bedoel ik dat leerlingen inzicht krijgen in de manier waarop allerlei apparaten (zoals bijvoor- beeld een lift) zijn geprogrammeerd. Voor veel leerlingen (en volwassenen) blijft dit een black box, en we denken dat het voor iedereen belangrijk is om iets te begrijpen van wat er in die box gebeurt (als onderdeel van hun digitale geletterdheid).

Vooronderzoek
De afgelopen maanden heb ik verschillende op- drachten uitgeprobeerd met leerlingen uit groep 5 en groep 8 (50 leerlingen in totaal). De opdrachten gingen steeds over het besturen van een apparaat: een slagboom, een lift en een robotkarretje. Met behulp van de programmeertaal Scratch bestuurden de leerlingen een werkend schaal- model (van Lego).
Uit het vooronderzoek heb ik een goed beeld gekregen van wat haalbaar en uitdagend is voor leerlingen op verschillende niveaus. Vrijwel alle leerlingen gingen enthousiast aan de slag en konden de basisproblemen oplossen. Met passende opdrachten en enige begeleiding kwamen de meeste leerlingen veel verder dan dat. Het concrete apparaat dat reageert op hun pro-
gramma helpt hen in het denkproces en daagt hen uit om tot oplossingen te komen.

Vervolgonderzoek
Voor de volgende fase in het onderzoek ben ik op zoek naar leerkrachten die mee willen denken over het ontwikkelen en geven van lessen aan groepjes leerlingen en uiteindelijk aan de hele klas. Als je mee doet dan krijg je een scholing op het gebied van programmeren (in Scratch) binnen het vakgebied Natuur en Techniek en ga je deel uitmaken van een ontwerpgroep. Voor het mee- doen aan de ontwerpgroep is een urenvergoeding beschikbaar. Ook ICT-coördinatoren en W&T-spe- cialisten die lessen kunnen verzorgen in groep 5 of 8 zijn van harte uitgenodigd om te reageren!

De bedoeling is om in april 2019 een eerste serie activiteiten uit te proberen met kleine groepjes leerlingen. Na de zomervakantie volgen dan een tweede en een derde ronde. De eerste bijeen- komst met de ontwerpgroep probeer ik in decem- ber of uiterlijk januari te plannen. Wil je je opgeven of heb je nog vragen?

Mail dan naar gerard.dummer@hu.nl of bel me op: 06-51963219.

Wij zoeken een nieuwe collega voor bij ons op de pabo! Ben jij dat? Dan zijn we benieuwd naar je sollicitatie!

De tekst op de website van Hogeschool Utrecht begint als volgt:

Ben jij die docent die digitale geletterdheid op de kaart kan zetten? Een onderwijskundig ICT-er met basisonderwijservaring? Wij zoeken jou!

Voor deze functie zijn we bij Instituut Theo Thijssen specifiek op zoek naar iemand die in staat is om cursussen te verzorgen en beoordelen op het gebied van digitale geletterdheid (ICT-basisvaardigheden, mediawijsheid, informatievaardigheden en computational thinking).

Over Instituut Theo Thijssen
Instituut Theo Thijssen (ITT) staat voor goed onderwijs en draagt daarmee bij aan sterke leerkrachten voor het primair onderwijs. ITT verzorgt de bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs (pabo) op de locaties Utrecht en Amersfoort. In 2018 is ITT gestart met de opleiding Master Expertleerkracht Primair Onderwijs (MEPO). Ook wordt vanuit ITT na- en bijscholing verzorgd ten behoeve van leerkrachten in het veld. Ons streven hierbij is: de beste leerkracht voor elk kind. Dit uitgangspunt vormt de inspiratiebron en het kompas van onze opleidingsdocenten. Samen met studenten, scholen en onderzoeksinstellingen werken we in een krachtige leeromgeving aan de leerkracht basisonderwijs van de toekomst.

Een fijne juf of meester die je nooit meer vergeet!

Wat je gaat doen
Je begeleidt studenten in hun ontwikkeling tot start bekwaam basisschoolleraar. Jouw focus ligt hierbij op de didactische en pedagogische inzet van ICT in het basisonderwijs. De doelgroep die je opleidt is zeer gevarieerd. Je verzorgt onderwijs aan bachelor voltijdstudenten die aan het begin van hun loopbaan en ontwikkeling staan en deeltijdstudenten met meer werk- en levenservaring, waarvan sommigen een flexibele opleiding op maat volgen.

Wat je hebt

  • Een afgeronde master in Onderwijswetenschappen (of vergelijkbare educatieve masteropleiding)
  • Kennis en ervaring van didactische en pedagogische inzet van ICT in het basisonderwijs.
  • Ervaring op het gebied van lesgeven in onderwerpen vanuit digitale geletterdheid zoals informatievaardigheden en mediawijsheid.
  • Goede coachende vaardigheden waarmee je studenten kunt inspireren en motiveren.

Wie je bent
Je bent sociaal, gedreven en een teamspeler. Je vindt het motiverend om met (jong) volwassenen bezig te zijn en hen te enthousiasmeren voor onderwijs met ICT. Je hebt affiniteit met het ontwikkelen en/of verzorgen van cursussen of trainingen en je bent bereid om je didactische vaardigheden verder te ontwikkelen.

Over de werkplek
De werkzaamheden vinden plaats op de Padualaan 97 in Utrecht, Science Park en in voorkomende gevallen op onze locatie in Amersfoort, De Nieuwe Poort 21.

Wil je meer weten over de arbeidsvoorwaarden en tot wanneer je kunt solliciteren? Lees dan verder op de vacaturesite van de Hogeschool Utrecht

Vandaag was voor mij de vierde en laatste bijeenkomst van de onderwijseenheid rondom Computational Thinking en programmeren op de Pabo van Hogeschool Utrecht. In deze bijeenkomst keken we nog een keer terug op de programmeerdidiactiek van de voorbeeldles en hebben we opdrachten gegeven rondom vier alternatieve programmeeromgevingen: Lego WeDo, ScratchJR, Microbit en Python. Hieronder zie je de presentatie van deze bijeenkomst.



De opdrachten van de alternatieve programmeeromgevingen luidde als volgt:

We hebben hierbij gebruik gemaakt van materialen van apps4sen (ScratchJR), Lego (Lego WeDo), het boek Programmeren voor kinderen van Vorderman (Python) en Herman van Schie (Microbit).

Tot slot moesten de studenten in de les nog een opzet maken voor een les in de alternatieve programmeeromgeving.

Terugblik bijeenkomst
Deze bijeenkomst verliep prima. Ik denk dat het voor studenten fijn was dat we nog een keer de didactiek van het programmeren voorbij lieten komen. De bron die we hiervoor gebruiken is deze van Lee et al. (2011). Studenten konden makkelijk uit de voeten met de handleiding van apps4sen. Ook ScratchJR was zeer toegankelijk na al het geprogrammeer in Scratch. Lego WeDo werkte soepel samen met de app op de iPads. Een groepje heeft zich gebogen over Python met behulp van het boek Programmeren voor kinderen. Dat vonden ze uitdagend. Een student in mijn groep ging aan de slag met de Microbit (ik had er twee) en dat verliep ook prima.

Terugblik onderwijseenheid
Volgend jaar halen we de verdiepingsopdracht van bijeenkomst 1 en 2 er waarschijnlijk uit. Het kasteelspel dat studenten moesten programmeren was bedoeld om hun vaardigheden opgedaan in de MOOC te oefenen en te bestendigen maar stond een snelle vertaling naar de stage in de weg. En daar zaten studenten vooral op te wachten: hoe bieden we het aan. Het artikel van Lee et al. (2011) biedt een mooi houvast om lessen vorm te geven. Ik merkte dat het voor studenten belangrijk was om dit een aantal malen te herhalen. Dat moeten we volgend jaar dus direct doen. Daarbij komt dat we dan meer de mogelijkheid hebben om duidelijk te maken hoe computational thinking in de praktijk er dan uit zal zien als het geïntegreerd is in een les. Nu boden we verschillende voorbeelden aan van computational thinking maar stond dit nog los van de les die ze moesten geven. Die koppeling moet dus ook strakker.
Een tweede belangrijke verandering zal zijn dat we de koppeling met de vakken meer centraal gaan zetten. Nu hebben we dat in de voorbeeldles in les drie gedaan maar dat kunnen we dus ook meer benadrukken. Koppelen met beeldend en Nederlands kan de creatieve toolbox van leerlingen en studenten vergroten. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld op nog meer manieren zich op een beeldende manier uitdrukken. Leerlingen kunnen op nog meer manieren hun tekstuele (of multimodale) boodschap overbrengen. Koppelen met het vak rekenen zou de analytische toolbox kunnen vergroten. Koppelen met natuur en techniek zou hun inzicht (systemen om mij heen zijn geprogrammeerd) in de wereld om hen heen kunnen vergroten.
Verder zijn er nog een paar meer procesmatige beoordelingszaken die we nog kunnen verbeteren. Bijvoorbeeld wat we precies verstaan onder een lessenserie, en hoe het een ander beschreven moeten worden.

Waar ik zelf erg blij mee ben zijn de video’s die we de studenten hebben laten maken. We zien hoe ze bezig zijn geweest en waar ze tegen aanlopen. Zo was in de eerste les bijvoorbeeld heel opvallend dat veel studenten nog moeite hadden met de X-as en Y-as en het bewegen hierover. In de MOOC was dit nog niet uitgelegd en voor studenten leverde dit dus problemen op.
Ook was ik erg tevreden over de gekozen alternatieve programmeeromgevingen. Deze boden net als Scratch genoeg mogelijkheden om eigen projecten in te maken. Via Twitter vroeg ik nog welke andere alternatieve programmeeromgevingen we ook nog hadden kunnen opnemen. Antwoorden daarop waren: Swift Playgrounds, Tynker, Hopscotch, Kodable, The Foos, Bee-Bot / Blue-Bot, Teach2Code / Ozobot, Osmo en Bomberbot, Arduino Uno en Mendix. We gaan kijken of we volgend jaar daar nog gebruik van maken!

Ik vond het een spannende onderwijseenheid om te geven. Ik ben benieuwd naar de verslagen van de studenten! Hoor graag van andere Pabo’s die soortgelijke ervaringen hebben opgedaan of opdoen!

Vandaag was al weer de derde bijeenkomst rondom computational thinking en programmeren met de tweedejaars studenten van de Pabo van Hogeschool Utrecht. Deze keer gaven we een voorbeeldles en lieten we 5 unplugged activiteiten ervaren rondom de verschillende programmeerconcepten zoals die genoemd zijn in het Engelse computingonderwijs. Over deze les was ik wat betreft invulling tevreden. Wat betreft plek in de lessenserie nog niet. Deze had als eerste of tweede gemoeten. Dat gaan we volgend jaar anders doen.



Voorbeeldles

We begonnen met een voorbeeldles, gebaseerd op de theorie zoals we die in de vorige bijeenkomst hadden behandeld.

schermafbeelding-2018-05-23-om-12-10-17

Dat wil zeggen: eerst een bestaand project bekijken, het project aanpassen en dan pas een nieuwe activiteit doen. Deze opzet combineerden we met het feit dat we graag een pakkende introductie op de les wilden zien (in dit geval een gesprek over het Gilde in Amersfoort) en een unplugged activiteit over het programmeerconcept dat centraal staat in de les (in dit geval variabele en selectie (ALS DAN).

Wat opviel bij het doen van de les was dat studenten van te voren nog niet zo’n goed beeld hadden van het onderscheid tussen introductie en unplugged activiteit. Dat was na afloop wel direct duidelijk. Een van de studenten gaf aan dat we het beter het opwekken van de belangstelling hadden kunnen noemen.

Voor de unplugged activiteit had ik gebruik gemaakt van het voorbeeld van Paul Curzon van Teaching London Computing. Van te voren wist is al dat het begrip “variabele” lastig is om te doorgronden. Dat bleek ook wel in de les. Het woord “variabele” is verwarrend. Want wat variabel is, is de waarde van de variabele. De variabele zelf blijft “constant”.

In het plugged gedeelte van de les hadden we drie fasen ingebouwd (bekijken, veranderen en nieuw). Als plugged activiteit stond het maken van een rondleiding centraal. De activiteit is gebaseerd op het startersproject de rondleiding van MIT> Het voorbeeld van MIT vond ik zelf wat rommelig. Wel makkelijker omdat het vooral om sequentie gaat daar en niet om variabelen en selectie. Ben benieuwd wat anderen van deze keuze vonden. Studenten vonden het eerst nog wel lastig om te benoemen wat de variabele in de code was.

schermafbeelding-2018-05-23-om-12-44-08

Unplugged activiteiten

Na de voorbeeldles deden we 5 unplugged activiteiten. De activiteiten behandelden alle programmeerconcepten zoals die in het Engelse Computingonderwijs genoemd worden: sequentie, herhaling, algoritme, debuggen en selectie. De unplugged activiteit rondom variabele hadden we al gedaan in de voorbeeldles.

Bij sequentie hadden we als voorbeeld het Robot Turtle spel gekozen. We hadden een parkoer uitgezet op het bord waarbij ze de code moesten opschrijven.

Bij herhaling hadden we een voorbeeld van code.org gehaald over een dansje (Getting Loopy). Die was helder en eenvoudig uit te voeren.

Erg leuk vond ik de oefening met het “Intelligente Papier” om een algoritme uit te leggen. Daarbij gaat het om het volgen van de regels van het algoritme om ervoor te zorgen dat je nooit een spel boter kaas en eieren kunt verliezen.

Ook voor debuggen hadden we een activiteit: Parity Magic. Deze vond ik om twee redenen wat lastiger. We behandelden debuggen omdat het een onderdeel is van het Engelse Computing maar we benoemen het ook als computational thinkingstrategie. Een beetje dubbelop dus. Ten tweede omdat deze oefening vooral betrekking heeft op Internet en data. Dat valt enigszins buiten het bereik waar we met de studenten mee bezig zijn. De opdracht ging op zich goed en was goed te volgen voor de studenten.

Tot slot het sorteernetwerk als een selectie-oefening (ALS DAN). Een leuke oefening waarbij snel de link werd gemaakt naar rekenen en de getallenlijn.

Tot slot
Volgend jaar moet deze les naar voren geschoven worden in de lessenserie. Studenten waren hier meer mee geholpen dan de opdracht ter verdieping van de eigen vaardigheden. Zeker na het volgen van de MOOC van de TUDelft.
Een aantal studenten geeft aan dat Scratch vastloopt. Zeker als ze heen en weer switchen tussen twee schermen (MOOC en Scratch-editor). Iemand anders hier ervaring mee? Ook in verschillende browsers hebben sommige studenten dit.
Volgende keer gaan we aan de slag met alternatieve programmeeromgevingen. De studenten krijgen hierin opdrachten die ze in de les moeten maken. Waarschijnlijk gaan we onder andere aan de slag met Lego WeDo en ScratchJR. Iemand anders nog aanraders? Dan hoor ik dat graag!

Deze week hebben we de tweede bijeenkomst gehad met onze tweedejaars studenten van de Pabo van Hogeschool Utrecht in Utrecht en Amersfoort rondom Computational Thinking en Programmeren. In deze bijeenkomst stond de didactiek centraal van programmeren. Hieronder de presentatie die we hebben gebruikt in de les.



Na afloop was ik nog niet echt tevreden en dacht ik: dat moeten we volgend jaar anders aanpakken. Waar zat dat in?

De opzet van de bijeenkomst was als volgt: achtergronden geven over programmeerdidactiek, een verdiepingsopdracht geven op basis van de MOOC die studenten volgen, praktische tips geven in de klas, een voorbeeld geven van een lesidee, bronnen geven van lesideeën en nog een keer een unplugged activiteit.

Op papier klinkt die opzet heel aannemelijk. Maar de studenten begonnen zenuwachtig te worden over de les die ze moeten gaan geven op de basisschool. Veel van hen willen graag in de stageweek (volgende week) met de les aan de slag. En ze voelen zich nog onzeker over de manier waarop ze die les zouden moeten geven. Liever hadden ze meer tijd willen hebben voor het uitwerken van de lesideeën tot lessen waarin ze voldoen aan de uitgangspunten van goed programmeeronderwijs waarbij ze aandacht besteden aan computational thinking.

Zelf was ik ook nog niet tevreden omdat ik achteraf dacht: de link die we leggen met de andere vakken had veel beter gemoeten. Sterker nog: als we zeggen dat creative computing het uitgangspunt is (en dat zou bij deze onderwijseenheid heel goed passen) dan moeten de vakken waarin we die creativiteit willen stimuleren veel meer centraal staan. Bijvoorbeeld het vak Nederlands als het gaat over het stelonderwijs, Beeldende vorming als het gaat over Interactieve Kunst of Muziek als het gaat over muziek maken.

Dan draaien we de lessen veel meer om. Dan gaan we aan de slag met een stelopdracht voor Nederlands, waarbij we programmeren als middel gebruiken en computational thinking inzetten als denkstrategie. Heel concreet zou je dan bijvoorbeeld kunnen denken aan laten maken van een interactieve rondleiding. Het doel van de les is het maken van de interactieve rondleiding, de toolbox die je inzet zijn je programmeervaardigheden (waarbij je in de les heel specifiek aandacht besteed aan een programmeerconcept zoals bijvoorbeeld genoemd in het Computing Onderwijs) en waarbij Computational Thinking wordt ingezet om het denkproces hierbij te ondersteunen.

Ik ben erg benieuwd hoe andere Pabo’s hier mee aan de slag zijn! Hoor het graag!

Vorige week zijn we (samen met Don Zuiderman) op de Pabo van Hogeschool Utrecht in Utrecht en Amersfoort begonnen met de module waarin we met tweedejaars studenten aan de slag zijn met Computational Thinking en programmeren. Studenten moeten in de bovenbouw een unplugged les programmeren en een plugged les programmeren geven (met Scratch). In de programmeerles passen studenten Computational Thinking (CT) denkstrategieën toe met leerlingen. Vorige week was de introductie en hebben studenten een start gemaakt met het volgen van de MOOC van de TU Delft over programmeren met Scratch. Deze week hebben de studenten een werkcollege gekregen over de achtergronden van CT en was er een programmeervervolgopdracht.
Het was de eerste keer dat we de module gaven en dus spannend om te kijken hoe studenten zich hiermee konden redden. Iedereen is het gelukt om de eerste week van de MOOC af te ronden en in het werkcollege met goede moed de nieuwe programmeerproblemen aan te pakken.

In de volgende les gaan we verder in op de didactiek van de programmeerles en krijgen studenten nieuwe programmeeropdrachten op basis van week 2 en week 3 van de MOOC.

De presentatie van de bijeenkomst van vandaag vind je hieronder:



Ook ervaringen op de Pabo met programmeren en CT? Dan hoor ik dat graag. Benieuwd wat jullie allemaal tegenkomen!

Een laagdrempelige uitleg van logische poorten met behulp van mijn oom en tante die naar een feestje gaan. Of niet. Of juist beide. Of…

Logische Poorten Van Mijn Oom en Tante by Gerard Dummer on Scribd